Blad 14 van 31 bladen |
37003424 Graaf Hendrik II
van LEUVEN[1],
geboren 1020, overleden 1078-79 te Nijvel, begraven te Nijvel
zn.
van Graaf Lambrecht II van LEUVEN
(Balderic) (zie 74006848) en Oda
de VERDUN (zie 74006849).
Getrouwd ca. 1055 met
37003425 Aleidis
(Adèle) van de BETUWE/ORLAMUNDE (van Teisterbant), geboren ca. 1030,
overleden na 1086
stichtte
met haar zonen Hendrik en Godfried het klooster Affligem (1086)
dr.
van Everhard van de BETUWE
(zie 74006850) en Nn van de
BETUWE? (zie 74006851).
Waaruit geboren:
1. |
Hendrik III (van Brabant), geboren ca. 1055, overleden op maandag 5
februari 1095. Graaf van Leuven en voogd van Brabant (1086). |
2. |
Gotfried I (met de baard)
(zie 18501712). |
3. |
Ida (Lovaniensis, van Löwen of
van Roosendaal) (zie 146800685). |
37003426 Othon II de CHINY[2],
geboren ca. 1073.
Wapen Chiny
Othon volgde zijn vader op in 1106 en
voltooide in 1134 de
bouw van de abdij van Orval die
zijn vader in 1070 had
ondernomen . Hij installeerde er kanonnen. De installatie van
een cisterciënzer gemeenschap in Orval in 1131 markeert
zijn laatste verschijning in de acts.
Karel de Grote Reeks 78 Holl (Soulcié) gen 12
Graaf van Chiny, later monnik.
zn.
van Comte Arnoul I (II) de CHINY
(zie 74006852) en Adele de RAMERU
(zie 74006853).
Getrouwd ca. 1083 met
37003427 Adelheid (Adele)
de NAMURS[3],
geboren ca. 1068, overleden ca. 1124, dr. van Comte Albert III de NAMURS
(zie 73400348) en Ida von SAKSEN
BILLUNG (zie 73400349),
Waaruit
geboren:
1. |
Ida (zie 18501713). Karel de Grote Reeks 78 Holl (Soulcié) gen 13 |
2. |
Oda,
geboren ca. 1090, overleden ca. 1143. |
3. |
Albert I, geboren ca. 1090, overleden op zaterdag 29 september
1162. Karel de Grote Reeks 78 Holl (Soulcié) gen 13 Getrouwd
ca. 1131 met Agnes de BAR MOUSSON,
geboren ca. 1114, overleden ca. 1185, dr. van Comte
Reinauld I de BAR-le-DUC (eenoog) en Gisela
de VAUDEMONT. |
4. |
Comte Eustatius, geboren ca. 1090, overleden ca. 1160. |
5. |
Alveradis (zie 267452621). Karel de Grote Reeks 78 Holl (Soulcié) gen 13 |
6. |
|
7. |
|
8. |
37003428 Graf Gebhard II
von SULZBACH, geboren ca. 1053, overleden ca. 1085, zn. van Graf Gebhard I von SULZBACH
(zie 74006856) en nn von
SULZBACH? (zie 74006857).
Getrouwd op dinsdag 7 augustus 1078 met
37003429 Irmingard van ROTH,
geboren ca. 1060, overleden 14 juni waarschijnlijk
1101, begraven te Kastl, dr. van Kuno van ROTH (zie 74006858)
en Uta von DIESSEN (zie
74006859).
Waaruit geboren:
1. |
Graf Berengarius II (zie
18501714). |
37003430 Otto II van
DIESSEN, geboren ca. 1045, overleden op zaterdag 24 april 1120, Graaf van Diessen, zn. van Berthold II van DIESSEN (zie
74006860).
Getrouwd ca. 1070 met
37003431 Justizia[4] ?
Geboren ca. 1050, overleden 30-1ca1120, begraven te Thanning, van onbekende
herkomst.
Waaruit geboren:
1. |
Adelheid (zie 18501715). |
37003432 Graaf Hendrik I van
LIMBURG[5],
graaf van Limburg en Arlon (Aarlen), hertog van Neder-Lotharingen (1101-06),
wordt in 1106 afgezet, geboren ca. 1070, overleden 1119.
Hendrik
I (ca. 1070 - 1119) was de oudste zoon van Walram I van Limburg en Jutta van
Luxemburg, dr. van Frederik (II) van Luxemburg.
Hendrik volgde in 1082 zijn vader op als graaf van Limburg. Hij verzette
zich in 1094 tegen de benoeming van Arnold I van Loon als voogd van
Sint-Truiden voor de bezittingen in het prinsbisdom Metz. Zelf werd Hendrik in
1095 benoemd tot paltsgraaf van Neder-Lotharingen. Hij volgde zijn hertog
Godfried van Bouillon in de Eerste Kruistocht en keerde daarna naar huis terug.
In 1101 werd hij benoemd tot opvolger van Godfried als hertog van
Neder-Lotharingen en markgraaf van het markgraafschap Antwerpen. Zijn bestuur
wordt vooral herinnerd omdat hij de schenking van tienden door Godfried aan
Antwerpse kerken, ongedaan maakte. In 1106 moest Hendrik zijn functie opgeven
omdat hij trouw bleef aan de afgezette keizer Hendrik IV na de coup van diens
zoon, de latere keizer Hendrik V. Hertog Hendrik werd zelfs gevangengezet maar
wist te ontsnappen.
In 1108 nam Hendrik paltsgraaf Siegfried gevangen die een complot tegen
Hendrik V zou hebben beraamd. Hierdoor kwam Hendrik terug in de gunst van de
keizer. Maar in de volgende jaren koos ook Hendrik de kant van de tegenstanders
van de koning. Hij vocht mee met de Lotharingse edelen die in 1114 de keizer
versloegen bij Andernach. In 1115 was hij een van de aanvoerders van de
Lotharingse troepen die de Saksen hielpen tegen de keizer in de slag bij
Welfesholz, waar de keizer opnieuw werd verslagen. Op de terugweg veroverden de
Lotharingers Münster (stad), en verwoestten ze de palts van Dortmund en een
aantal kastelen. In Mainz werd vervolgens een wapenstilstand bemiddeld. Daarna
zijn geen bijzonderheden over Hendrik bekend.
Hendrik was getrouwd met Adelheid van Pottenstein (ca. 1080 - 13 augustus
1106). Zij was een achternicht van keizerin Bertha van Savoye, wat ongetwijfeld
een invloedrijke steun betekende bij de benoemingen die Hendrik verkreeg.
zn.
van Walram II Udo d'ARLON
(zie 74006864) en Juditta van
LUXEMBURG (zie 74006865).
Getrouwd (2) met (Beatrix) d'ARLON.
Getrouwd
(1) ca. 1080 met
37003433 Adelheid van POTTENSTEIN,
geboren ca. 1080, overleden op maandag 13 augustus 1106, dr. van Graf Botho von BOTTENSTEIN
(zie 74006866) en Judith von
SCHWEINFURT-SCHWABEN (zie 74006867).
Waaruit geboren:
1. |
Walram III (I) Paganus (zie
18501716). |
2. |
Agnes,
geboren ca. 1095, overleden op donderdag 13 juni 1129. |
3. |
Adelheid, geboren ca. 1095, overleden op woensdag 6 februari 1146. |
4. |
Mathilde, geboren ca. 1095, overleden ca. 1140. |
37003434 = 18501696 Graaf Gerard I van GELRE (de
Lange, de rossige).
37003435 = 18501697 Clementia de POITOU-AQUITANIE
(von Gleiberg).
37003436 Graaf Herman IV
von SAFFENBERG, geboren ca. 1030, overleden ca. 1091. Graaf van Novenich
en Saffenberg.
Getrouwd ca. 1060 met
37003437 Gepa von WERL[6],
geboren ca. 1030, overleden ca. 1090. Volgens EUROPÄISCHE STAMMTAFELN
NEUWE FOLGE Band XVIII Tafel 1: van onbekende herkomst.
Waaruit
geboren:
1. |
Adelbert (zie 18501718). |
37003440 Graaf Gerard IV van
NEDER-LOTHARINGEN, geboren ca. 1000, overleden ca. 1070. Graaf van de Elzas,
Lotharingen (Matfriede), zn. van Gerard von NIEDER-LOTHARINGEN
(zie 74006880) en Gisela de METZ
(zie 74006881).
Getrouwd ca. 1040 met
37003441 Hedwig van NAMEN,
geboren ca. 1035, overleden op woensdag 14 april 1070 te Remiremont, dr. van Comte Albert II de NAMURS
(zie 74006882) en Regelindis von
LOTHARINGEN (zie 74006883).
Waaruit geboren:
1. |
Beatrix von LOTHARINGEN, geboren ca. 1050,
overleden ca. 1102. |
2. |
Dietrich
II von LOTHARINGEN (zie 18501720). |
3. |
Graf
Gerard IV(I) von LOTHARINGEN, geboren ca. 1050, overleden ca. 1120, Graaf van
Veaudemont. |
4. |
37003442 Graaf Robrecht I van
VLAANDEREN (de Fries), graaf van Vlaanderen (1071-), regent van Holland
(1061-1070), geboren ca. 1031, overleden op donderdag 13 oktober 1093 te
Kassel.
Graaf Robrecht I, de Fries(afbeelding uit Flandria
illustrata, 1641)
Strijd tegen de bisschop van Utrecht
Samen met zijn stiefzoon Dirk V van Holland streed Robbrecht met succes
tegen het gezag van de bisschop van Utrecht. Volgens onbevestigde bronnen
zouden zij beiden zelfs de hand hebben gehad in de moord (1076) op Godfried met
de Bult, gespietst op een ijzeren staaf. Uiteindelijk slaagden zij erin de
vroeger verloren gebieden van het graafschap Holland te heroveren.
Betrokkenheid bij de Engelse troon
De betrekkingen met de Engelse koning Willem de Veroveraar waren verre van
vriendschappelijk. Deze had indertijd zelfs een contingent Normandiërs gestuurd
om Richilde te steunen in haar strijd tegen Robrecht. Robrecht steunde de
aanspraken van zijn schoonzoon Knoet IV van Denemarken op de (verloren) Engelse
troon. Samen zouden ze een vloot van 1600 boten naar Engeland sturen. Het kwam
echter nooit zover, door een broedertwist tussen de twee Deense prinsen Knoet
IV en Olaf. Olaf werd gevangen genomen en naar Robrecht gestuurd. Maar kort
daarop, op 10 juli 1086, werd Knoet IV vermoord. Olaf werd teruggestuurd naar
Denemarken, na betaling van een aanzienlijke som losgeld.
Pelgrimstocht naar Jeruzalem
Robrecht de Fries had het plan opgevat om op pelgrimstocht naar Palestina
(het "Heilige Land") te trekken (1086-1091) (dus nog voor de eerste
kruistocht). Hij liet het bestuur van het graafschap in handen van zijn zoon,
de latere Robrecht II. Robrecht de Fries verbleef twee jaar in Jeruzalem. Bij
zijn terugkeer knoopte hij betrekkingen aan met de Byzantijnse keizer Alexius
Comnenus, aan wie hij militaire hulp verleende in diens strijd tegen de Turken.
Hervormingen
Robrecht de Fries staat bekend om zijn binnenlandse hervormingen die hem in
staat stelden met de steun van de steden het grafelijk gezag te verstevigen,
ten nadele van de voorrechten van de adel en de geestelijkheid. Dit ging niet
vanzelf. Arnoldus, bisschop van Soissons en latere stichter van de abdij in Oudenburg,
ging in 1083 op reis door het graafschap om de vrede te herstellen tussen de
graaf en de adel. Arnoldus zou sterven op 15 augustus 1087 te Oudenburg
gedurende een tweede vredestocht. Robrecht de Fries voerde het ambt in van
grafelijke kanselier en bevorderde de ontluikende handel. Hij maakte van Brugge
een Europees handelscentrum. Door de begrippen godsvrede en -bestand na te
leven, bevorderde hij ook de vrede met naburige graafschappen.
Graf en opvolging
Robrecht liet in Kassel in 1072 de Sint-Pieterskerk bouwen op de Terrasse du
Château (het platform boven op de Kasselberg) om zijn overwinning op de Franse
koning te vieren die hij het jaar voordien op de naamdag van Sint-Pieter had
behaald. Robrecht werd in 1093 in een crypte onder de kerk begraven. In 1787
begon men met de afbraak van de kerk. Tijdens de Franse Revolutie werden zijn
asresten opgegraven en in een goot gegooid.
Robrecht werd opgevolgd door zijn zoon, Robrecht II van Jeruzalem, aan wie
hij reeds voor zijn vertrek op pelgrimstocht gedeeltelijk het bestuur van zijn
graafschap overdroeg (sinds 1080).
Robrecht “de Fries” verjagd
Holland 1071; Vertegenwoordigers van het koninklijk gezag, bisschop Willem
van Utrecht en hertog Godfriet III van Lotharingen, hebben kans gezien de
Vlaamse graaf Robrecht (bijgenaamd "de Fries") uit Holland te
verjagen. Sommige berichten spreken van een smadelijke nederlaag. Robrecht is
naar Vlaanderen teruggekeerd.
Het Vlaamse optreden in Holland houdt verband met de vlucht van de
gravin-moeder Geertruida, weduwe van Floris I van Holland, met haar zoontje
Dirk V naar het zuiden. In 1063 hertrouwde zij met de gravenzoon Robrecht.
Samen traden Geertruida en Robrecht op als voogd van Dirk, zolang hij nog te
jong was om de bestuurlijke taak op zich te nemen. De Duitse koning wilde het
graafschap niet kwijtraken en gaf zijn paladijnen opdracht maatregelen te
nemen.
Vrijwel het gehele gebied is onder het gezag van de Utrechtse Kerk gebracht.
Alleen het gebied rond Vlaanderen blijft min of meer in handen van Dirk en Robrecht.
De stijd in Holland is echter nog niet gestreden, zeker nu Robrecht dit jaar in
Vlaanderen een geslaagde greep naar de macht heeft gedaan.
Vlaanderen rouwt over Robrecht de Fries
Kassel 13 oktober 1093
Met verslagenheid
is in Vlaanderen gereageerd op het bericht dat graaf Robrecht, bijgenaamd
"de Fries", het tijdelijke voor het eeuwige heeft verwisseld. Het
nieuws van zijn dood is vooral bij de bewoners van de steden, de kooplieden en
handelaren, hard aangekomen, omdat de graaf van al zijn onderdanen hen het
meest placht te begunstigen.
Gedurende Robrechts regeringsperiode nam de economische waarde van de
Vlaamse steden zienderogen toe. Hij gaf ze een eigen rechtspraak, die aangepast
was aan de noden van de handel, in het belang waarvan hij ook tolvrijstelling
verleende. Bovendien beknotte hij met steun van de steden de macht van de adel
en de geestelijkheid. Robrecht was een streng handhaver van de openbare orde en
deed alles wat in zijn vermogen lag om de ridders, die vanuit hun versterkte
burchten onschuldige kooplieden aanviel in te tomen. Dat hierbij een flinke
portie eigenbelang meesprak zal niemand verbazen. Naarmate het de kooplieden
beter ging, zouden zij door hun belastingafdrachten de grafelijke schatkist
meer spekken.
Aanvankelijk zag niets er naar uit dat Robrecht, tweede zoon van graaf
Boudewijn V, ooit nog eens zoveel macht en aanzien zou krijgen. Zijn broer
Boudewijn VI zou immers als eerstgeborene alles erven. Het lot nam een
onverwachtse wending toen deze, in 1067 aan de macht gekomen, reeds in 1070
stierf, en het bestuur vanwege de minderjarigheid van zijn zoon Arnulf III werd
overgedragen aan zijn weduwe Richildis, die eveneens over Henegouwen heerste.
Ofschoon Robrecht
van alle aanspraken op Vlaanderen afstand had gedaan ten gunste van zijn neef,
en zich hoog en breed in Holland had gevestigd, alwaar hij de weduwe van graaf
Floris I van Holland had getrouwd, bedacht hij zich. Vanuit zijn noordelijke
machtspositie eiste hij Vlaanderen op. Na de weigering van Richildis, die zich
mocht verheugen in de steun van koning Filips van Frankrijk, leenheer voor
Vlaanderen, en van Willem de Veroveraar, hertog van Normandië, versloeg hij
haar bij Kassel (1071).
Bij deze slag sneuvelde zijn neef Arnulf. Robrecht usurpeerde de titel van
graaf van Vlaanderen, terwijl Richildis Henegouwen bleef regeren. Tot grote
woede overgens van de Franse koning, Filips I, tot wiens gebied Vlaanderen
behoorde. Robrecht gaf zich alle moeite om Filips milder te stemmen door hem
zijn stiefdochter uit te huwelijken. Bovendien toonde hij zich voortaan een
trouw leenman van de Franse vorst.
Samen met zijn Hollandse stiefzoon Dirk V, die uit Holland moest vluchten en
wiens machtsherstel hij beoogde, deed Robrecht het Duitse rijksgezag afbreuk
waar hij kon. Vermoedelijk waren beide mannen betrokken bij de moord in 1076 op
hertog Godfriet III van Neder-Lotharingen, die tevens bondgenoot was van de
gehate Henegouwen.
Ofschoon Robrecht greep probeerde te houden op de bisschopsbenoemingen in
zijn graafschap, onderhield hij in het algemeen goede betrekkingen met paus
Gregorius VII. Hij maakte een tocht naar Palestina, die vier jaar duurde, en
ontmoette de Byzantijnse keizer Alexius I Comneunus, die hij militair bijstond
in diens strijd tegen de Turken. Het is zonneklaar dat met Robrecht een
energiek man is heengegaan, die zich bij tijd en wijle weinig scrupuleus
betoonde in het nastreven van zijn doeleinden en, al dan niet gedreven door
eigenbelang, de welvaart van zijn land nimmer uit het oog verloor.
Zn. van Graaf
Boudewijn V van VLAANDEREN (Insulanus) (zie 74006884) en Adelaïde
(Aelis) CAPET (zie 74006885).
Getrouwd ca. 1063 met
37003443 Gertrude von SACHSEN
BILLUNG[8], geboren ca. 1033 te
Schweinfurt, overleden op zondag 3 augustus 1113 te Veurne, of overleden 4
augustus 1115?
Begraven te Veurne.
Regentes voor haar minderjarige zoon Floris II 1061-1071, week met
haar tweede man naar Gent uit toen Godfried III met de Bult tegen Holland ten
strijde trok (1069), overl. 4 aug. 1115, begr. St.Walburgskerk, Veurne (B.),
tr. (2) 1063 Robert I de Fries, graaf van Vlaanderen .
Dr. van Herzog
Bernhard II von SACHSEN BILLUNG (zie 74006886) en Eilica.
von SCHWEINFURT (zie 74006887).
Getrouwd voor de kerk (1) 1050 met Graaf
Floris I van HOLLAND (zie 74006944).
Waaruit geboren:
1. |
|
2. |
Graaf
Dirk V (zie 37003472). |
3. |
|
4. |
Bertha[9] [10] (dikke Bertha), geboren
ca. 1055, overleden op zondag 30 juli 1094 te Montreuil sur Mer. Bertha overleed
in ballinschap nadat zij in 1092 verstoten was.
Karel de
Grote reeks 128 Zuiderent gen 11 zn. van Roi
Henri I CAPET de FRANCE (zie 74006972) en Anna
Yaruslavna van KIEV (zie 74006973). {Hij is
later getrouwd op 39-jarige leeftijd op zaterdag 15 mei 1092, gescheiden ca.
1104 van Bertrade de MONTFORT
l'AMAURY (zie 37003445).} |
5. |
Adele
Christiene, geboren ca. 1055,
overleden ca. 1085. Zij wordt niet
bij Cordfunke (Gravinnen van Holland) genoemd, maar wel bij Dek (Graven van
Holland). |
6. |
|
7. |
Getrouwd (2) ca. 1063 met Graaf Robrecht I van
VLAANDEREN (de Fries) (zie 37003442).
Waaruit geboren:
8. |
Robrecht
II, geboren ca. 1065,
overleden op donderdag 5 oktober 1111. Graaf van
Vlaanderen. |
9. |
Adela,
geboren ca. 1065, overleden op donderdag 1 april 1115. |
10. |
Gravin Gertrudis
(zie 18501721). |
11. |
|
12. |
|
13. |
|
14. |
|
15. |
|
16. |
Rosemunde
(zie 534905089). |
Na het overlijden van Boudewijn kwam het tot een gewapend treffen
met de gravin-weduwe Richilde van Henegouwen en haar twee zonen Arnulf en
Boudewijn. De familietwist, met als inzet het graafschap Vlaanderen, werd
beslecht in de Slag bij Kassel op 22 februari 1071.
De slag bij Kassel werd op de
noordoostelijke flank van de Kasselberg uitgevochten en is een van de
drie veldslagen die in de buurt van de stad Kassel (huidig Frans-Vlaanderen) werden geleverd.
Het was een militair treffen om de heerschappij over
het graafschap Vlaanderen.
In het jaar 1070 stierf graaf Boudewijn VI. Hij werd opgevolgd door zijn minderjarige zoon Arnulf III. Zijn moeder Richilde van Henegouwen nam de voogdij op zich. Onder
de Vlaamse vazallen was dit regentschap van de
Henegouwse gravin impopulair. Haar zwager Robrecht
de Fries, de broer van de overleden graaf,
die in het graafschap Holland heerste, maakte eveneens
aanspraak op de opvolging. Hij maakte van deze gelegenheid gebruik en viel nog
in hetzelfde jaar het graafschap Vlaanderen binnen, waarbij Arnulf van
tirannie beschuldigde. Robrecht slaagde
er snel in om Brugge en Gent voor zich in te nemen, maar
werd toen door graaf Eustaas II van Boulogne gevangengenomen. Rond dezelfde
tijd raakte ook Richilde echter in gevangenschap van aanhangers van Robrecht.
Hierna kwam het tot een gevangenenruil; beide prominente gevangenen werden
vrijgelaten.
Arnulf had als oudste zoon van
graaf Boudewijn VI recht op de graventitel. Hij
kreeg daartoe de steun van zijn moeder Richilde van Henegouwen. Richilde vroeg bij koning Filips I van Frankrijk, de leenheer van Vlaanderen, met
succes om militaire ondersteuning. Ook van haar schoonzuster Mathilde, de zuster van Robrecht de Fries en
de vrouw van Willem de Veroveraar kreeg zij steun, hoewel het
gevolg van de door haar gestuurde Willem
Fitz Osbern, de eerste graaf van Hereford, uit slechts tien Normandische ridders bestond. Ook
graaf Hendrik II van Leuven (een neef van Richilde)
steunde haar. De ridders en steden uit het Picardische deel van
Vlaanderen stonden eveneens overwegend aan
haar kant. Kort voor de slag arrangeerde koning Filips I van Frankrijk een
huwelijk tussen Willem Fitz Osbern en Richilde van Henegouwen (haar derde), dit
om zo de jonge graaf Arnulf III van de broodnodige steun te voorzien.
In de slag op 22 februari 1071 trok Robrecht de Fries
aan het langste eind. Dit ondanks een op papier toch tamelijk formidabele
oppositie die tegenover hem stond. Willem Fitz Osbern viel in de slag bij
Kassel net zoals graaf Arnulf III. (die voortaan "de Ongelukkige"
werd genoemd). Arnulf III werd gedood door Gerbod
de Vlaming. Richilde en haar tweede
zoon, Boudewijn II van Henegouwen vluchtten naar Henegouwen, waar zij in de jaren erna in staat
bleken om het graafschap Henegouwen voor Boudewijn veilig te
stellen. De dood van Arnulf zette
kwaad bloed bij de Franse koning en ook bij de paus.
Richilde kon zich bij deze nederlaag
niet neerleggen. Het testament van haar man had bepaald dat bij het overlijden
van één van zijn zonen, de overlevende zoon, het graafschap van de overledene
zou erven. Dus Boudewijn was volgens het testament graaf van Vlaanderen.
Robrecht de Fries werd echter na de slag de nieuwe
graaf van Vlaanderen, wat ook de naar Montreuil gevluchte koning Filips I van
Frankrijk moest erkennen. Beide sloten nog in hetzelfde jaar een
bondgenootschap tegen de Noormannen, hetgeen bezegeld werd met een voorgenomen
huwelijk tussen Bertha van Holland, een stiefdochter van Robrecht de
Fries, met Filips I van Frankrijk. Hiermee waren de kansen van Richilde op de
grafelijke troon van Vlaanderen definitief verkeken.
Nauwelijks een maand na de nederlaag bij Kassel trok
Richilde met een gezamenlijk Henegouws en Frans leger ten strijde tegen
Robrecht de Fries. Sint-Omaars werd geplunderd en platgebrand. Robrecht was in
het defensief, maar haalde toen een slimme diplomatieke zet uit. Hij had eerder
in Kassel Eustachius, graaf van Boulogne, gevangen genomen. Deze was tevens de
broer van Godfried, bisschop van Parijs en kanselier van Filips I. Door een
goed woord van laatstgenoemde bij de Franse koning en de vrijlating van
Eustachius, zag Filips I af van zijn steun aan Richilde.
Hij herstelde zijn blazoen bij de paus door het bouwen
(of vernieuwen) van een dertigtal kerken of kapellen, allen toegewijd aan de
heilige Petrus, zoals te Oostende en te Brugge.
Richilde gaf echter niet op. Zij slaagde erin een
verbond te vormen met gezworen vijanden van Robrecht de Fries: de bisschop van
Luik, Godfried III met de Bult (hertog van Neder-Lotharingen), Willem I
(bisschop van Utrecht),de bisschoppen van Verdun en Cambrai en de aartsbisschop
van Keulen. Zij was zelfs hiervoor bereid vazal te worden van de bisschop van
Luik. De anderen hadden rijkelijke geschenken ontvangen.
Robrecht de Fries kon opnieuw een
veldslag voorkomen door een gezant te sturen naar de Duitse koning Hendrik IV.
Deze gaf de koning de boodschap dat Robrecht de investituur van
Rijksvlaanderen, bestaande uit gedeelten van Vlaanderen die op de rechteroever
van de Schelde gelegen waren, wilde bevestigen en desnoods de koning militair
zou bijstaan. Op dat ogenblik zat Hendrik IV zelf in een investituursstrijd
gewikkeld met de paus Gregorius VII en kon dus alle hulp goed gebruiken. Hij
aanvaardde het aanbod en erkende Robrecht de Fries als graaf van Vlaanderen. Zo
kwam er aan het verbond van Richilde met haar bondgenoten zonder slag of stoot
een einde.
Richilde bleef zinnen op wraak en viel met een Henegouws
leger Vlaanderen binnen. Robrecht trok in de tegenaanval en viel plunderend
Henegouwen binnen. Tenslotte verpletterde hij het kleine leger van Richilde. Na
een vredespakt, dat later verbroken werd, kwam Dowaai bij het graafschap
Vlaanderen.
37003444 Comte Fulco IV
d'ANJOU[12]
(le Rechin (de Norse)), geboren ca. 1043 te Anjou, overleden op 4 april 1109 te
Angers
Fulco IV van Anjou was de tweede (en jongste) zoon van Ermengarde
van Anjou en Godfried
II van Gâtinais.
Fulco en zijn broer Godfried waren
erfgenamen van hun oom Godfried II van Anjou, die beiden in
1060 tot ridder sloeg. Godfried II overleed korte tijd later, Fulco nam het
bestuur over Saintonge op zich en
zijn broer Godfried kreeg het graafschap Anjou. De broers wisten
in 1062 een aanval van Aquitanië af te slaan.
Daarna streden ze onderling om de macht. Fulco wist Godfried in 1067 te
verslaan maar moest hem onder druk van de kerk vrijlaten. In 1068 nam hij hem
opnieuw gevangen, nu definitief. Door deze strijd gingen Saintogne en Gâtinais verloren,
Fulco was alleen nog heer over Anjou en over Tours.
Het bestuur van Fulco concentreerde zich verder op het handhaven van
zijn gezag over de lagere adel, en op het conflict over de macht in Maine (provincie) met Normandië. Fulco moest
toestaan dat zijn vazallen steeds meer macht verwierven en zelfs kastelen
bouwden zonder zijn toestemming. In Maine wist hij echter, met hulp van Bretagne, te bereiken dat
een graaf werd geïnstalleerd die hem gunstig gezind was. In 1096 gaf hij
opdracht om een geschiedenis van Anjou te schrijven. Zijn zoon Godfried (IV)
kwam in 1103 in opstand en dwong Fulco om de macht met hem te delen.
Fulco
zn.
van Godfried Ferreol comte de
GATINAIS
(zie 74006888) en Ermengarde d'ANJOU
(Blanche)
(zie 74006889).
Getrouwd (1) ca. 1065 met Hildegarde de
BEAUGENCY, geboren ca. 1043, overleden ca. 1070.
Waaruit geboren:
1. |
Irmgard, geboren ca. 1070,
overleden ca. 1120. Getrouwd (2) ca. 1095 met Alain
IV van CORNWALL, geboren ca. 1060, overleden op zaterdag 13 september
1119. Hertog van
Bretagne, bijgenaam Le Fergent, zn. van Hoel II van
CORNWALL en Hedwig de BRETAGNE. {Hij was eerder getrouwd ca. 1086
met Constance of ENGLAND, geboren ca. 1061, overleden op zondag 13
augustus 1094, dr. van King Willem I de
NORMANDIE (de Veroveraar) (zie 37003450) en Mathilde van VLAANDEREN (zie 37003451).} |
Getrouwd (2) ca. 1090,
gescheiden ca. 1092 van Bertrade de MONTFORT l'AMAURY (zie 37003445).
37003445 Bertrade
de MONTFORT l'AMAURY[13], geboren ca. 1060, overleden
op woensdag 14 februari 1117 te Fontrevault, dr. van Seigneur
Simon I de MONTFORT l'AMAURY (zie 74006890) en Agnes
d'ÉVREUX (zie 74006891).
Getrouwd (1) ca. 1090, gescheiden ca. 1092 van Comte Fulco IV d'ANJOU
(le Rechin (de Strijdzuchtige)) (zie 37003444).
Waaruit geboren:
2. |
Comte
Fulco V (zie 18501722). |
Getrouwd (2) op zaterdag 15
mei 1092, gescheiden ca. 1104 van Roi
Philippe I de FRANCE[14]
(l'Amoureux), roi des Francs (4 augustus 1060 - 29 juli 1108), geboren op
zaterdag 23 mei 1052 te Champagne-et-Fontaine, overleden op woensdag 29 juli
1108 te Melun op 56-jarige leeftijd, of 1094 te Montreuil-sur-Mer,
begraven te Abbaye St Benoit sur Loire.
Karel de Grote reeks 128 Zuiderent gen 11
Filips werd in 1059 al tot koning van Frankrijk gewijd en op 4
augustus 1060 (8 jaar oud) gekroond. Zijn moeder en Boudewijn V, graaf van
Vlaanderen, waren gezamenlijk regent. Toen Anna in 1061 hertrouwde met Rudolf
van Valois werd haar positie aan het hof onmogelijk en moest ze haar positie
opgeven. In 1066 werd Filips meerderjarig verklaard en kon zijn zelfstandig
regeren beginnen.
Politiek
Tijdens de eerste 25 jaar van zijn bewind was Filips volop bezig om zijn
binnenlandse positie te versterken, ten koste van de grote leenmannen in het
noorden van Frankrijk. Hierin was hij niet altijd succesvol.
Een overzicht van de belangrijkste gebeurtenissen:
- 1068: Filips verwierf de
Gâtinais in ruil voor zijn steun aan Fulco IV van Anjou
-
1071: Filips verloor de slag bij Kassel tegen Robrecht I de Fries
die de macht in Vlaanderen had gegrepen ten koste van de rechtmatige graaf
Arnulf III van Vlaanderen. Filips kreeg de abdij van Corbie in ruil voor de
erkenning van Robrecht als graaf.
-
1072: versterking van de band met Robrecht door een huwelijk met
diens stiefdochter Bertha van Holland
-
1076: Filips ontzette de stad Dol die door Willem de Veroveraar werd
belegerd
-
1077: vrede met Willem die stopte met zijn pogingen om Bretagne te
veroveren
-
1079: Filips stelde het kasteel van Gerberoy ter beschikking van
Robert, de opstandige zn. van Willem de Veroveraar
-
1082: Filips annexeerde de Vexin
-
1090: Filips verwierf Bourges
Problemen met de
kerk
Na 1090 werd Filips' bewind beheerst door zijn huwelijksverwikkelingen en de
conflicten met de kerk die daaruit voortkwamen: Filips begeerde Bertrada, de mooie
en jonge vijfde vrouw van zijn oude vazal Fulco IV van Anjou. Tegelijk vond
Filips dat koningin Bertha dik en onaantrekkelijk was geworden. Dus scheidde
hij op 15 mei 1092 van haar en verbande ze van het hof. Daarna trouwde Filips
met Bertrada. Bertrada was toen nog niet gescheiden van Fulco.
Niet alle bisschoppen konden dit accepteren en er kwam verzet tegen deze
gang van zaken. In 1094 excommuniceerde de aartsbisschop van Lyon het nieuwe
paar. Dit werd in 1095 door de paus bevestigd. Onder druk van de excommunicatie
verliet Filips Bertrada, waarop de excommunicatie werd opgeheven; Filips en
Bertrada gingen echter weer samenwonen en werden opnieuw geëxcommuniceerd. Dit
herhaalde zich enkele malen tot 1104. Toen legden Filips en Bertrada een
plechtige eed af om te zullen scheiden, en werd de excommunicatie opgeheven.
Natuurlijk braken ze hun eed en bleven bij elkaar maar de excommunicatie werd
niet opnieuw ingesteld. Als dank gaf Filips tijdens een ontmoeting in
Saint-Denis steun aan paus Paschalis II tegen keizer Hendrik V.
Koning Filips I overleed in zijn kasteel in Melun op 29 juli 1108. Hij werd
begraven bij het klooster van Saint-Benoît-sur-Loire omdat hij vond dat hij
niet waardig was om bij zijn voorvaderen in de kathedraal van Saint-Denis te worden
bijgezet.
zn. van Roi Henri I CAPET de
FRANCE[15]
(zie 74006972) en Anna Yaruslavna van KIEV[16]
(zie 74006973).
Getrouwd
(1) 1072, gescheiden 1092 van Bertha van HOLLAND[17]
[18](dikke
Bertha), geboren ca. 1055, overleden op zondag 30 juli 1094 te Montreuil sur
Mer, dr. van Graaf Floris I van HOLLAND
(zie 74006944) en Gertrude
von SACHSEN BILLUNG
(zie 37003443).}
Waaruit geboren:
2. |
Philips[19],
geboren ca. 1093, overleden ca. 1123, Graaf van Mantes,
|
3. |
Caecilia[20],
geboren ca. 1095, overleden ca. 1145. Getrouwd
(2) ca. 1115 met Comte Pontius de TOULOUSE,
geboren ca. 1098, overleden ca. 1137 te Palestina. Graaf van Tripolis,
zn. van Comte Bertrand de TOULOUSE en Adelheid (Helena, Helie) de BOURGOGNE. |
37003446 Seigneur Helias de
MAINE (de la Fleche), geboren ca. 1060, overleden op maandag 11 juli 1110,
zn. van Johan
(de la Fleche) de BEAUGENCY
(zie 74006892) en Paula de MAINE
(zie 74006893).
Getrouwd ca. 1090 met
37003447 Mahaut (Mathilde)
de CHATEAU-du-LOIR, geboren ca. 1060, overleden ca. 1099.
Waaruit geboren:
1. |
Eremburga
(zie 18501723). |
37003448 Theobald III de
BLOIS[21],
geboren ca. 1010, overleden ca. 1089, begraven te Epernay. Graaf van Blois en Champagne
Theobald III van Blois (1012 – 30 september 1089) was de oudste zoon
van Odo II van Blois uit diens
tweede huwelijk met Irmgard van Auvergne, en wist diens machtige positie en
bezittingen voor een groot deel te behouden.
Theobald heeft in 1026 voor zijn vader gevochten bij Saumur en in 1037 in
de slag bij Bar-le-Duc (Meuse) waar zijn
vader sneuvelde. Na de dood van zijn vader erfde Theobald Blois, Chartres, Dunois, Meaux, Sancerre, Châteaudun, Tours, Sens, Beauvais, Château-Thierry, Provins en Saint-Florentin (Yonne). Theobald en zijn
broer Stefanus II van Champagne weigerden
aanvankelijk om aan koning Hendrik I van Frankrijk de eed van
trouw te zweren, waarop die hen met steun van Anjou aanviel.
Uiteindelijk versloeg Godfried II van Anjou Theobald en
Stefanus in de slag bij Nouy (bij Saint-Martin-le-Beau) en was Theobald
gedwongen om Tours aan Anjou af te staan. In ruil voor Sens en Beauvais
verzoende Theobald zich daarna met koning Hendrik en sloot een verbond met hem
tegen Anjou. Theobald kreeg de functie van paltsgraaf. Ook verstootte hij zijn
vrouw Gersende van Maine, mogelijk wegens de banden van haar familie met Anjou.
Stefanus overleed in 1048 en Theobald bezette met steun van keizer Hendrik III diens
goederen in Champagne hoewel
Stefanus' zoon Odo II van Champagne zich daar nog
lang tegen verzette. Theobald steunde in 1054 koning Hendrik tegen Normandië en huldigde
in datzelfde jaar keizer Hendrik te Mainz voor
zijn Lotharingse bezittingen.
In 1066 werd hij formeel graaf van Champagne omdat zijn neef zijn aanspraken
opgaf en in het gevolg van Willem de Veroveraar naar Engeland trok.
Theobald deelde in 1074 zijn macht met zijn zoon Stefanus. Hij was in 1081 nog
gastheer van het concilie van Meaux en steunde de paus tegen de koning.
Theobald werd begraven in de Sint-Maartenskerk te Épernay.
zn.
van Compt Odo II de BLOIS
(zie 74006896) en Irmingard d'AUVERGNE PROVENCE
(zie 74006897).
Getrouwd (1) ca. 1040 met Gundrada,
geboren ca. 1010, overleden ca. 1060, dr. van Comte Heribert I de MAINE
(zie 74006898) en Paula van PREUILLY?
(zie 74006899). {Zij is later getrouwd ca. 1050 met Azzo Albert II von ESTE
(zie 74006936).}
Getrouwd
(2) ca. 1070 met Alice (Adèle) de VALOIS
(zie 74006975).
Waaruit geboren:
1. |
Odo III[22],
geboren ca. 1070, overleden op zaterdag 5 april 1096. Graaf van Champagne. |
2. |
Hugue I[23],
geboren ca. 1075, overleden op maandag 14 juni 1126, Graaf van Troyes (Blois), Champagne Getrouwd
(2) 1093-95, gescheiden 1104 van Constance
de FRANCE[24],
geboren ca. 1078, overleden op dinsdag 14 september 1126, dr. van Roi
Philippe I de FRANCE (l'Amoureux),
roi des Francs (4 augustus 1060 - 29 juli 1108), en Bertha van HOLLAND[25]
(dikke Bertha). {Constance was eerder getrouwd voor de kerk 1106 te Chartres
met Marcus Boemund I van APULIË SICILIË,
geboren ca. 1052, overleden op vrijdag 3 maart 1111 te Canossa, Vorst van Tarento, Vorst van Antiochië |
Getrouwd
(3) met
37003449
Ermesenda / Garsenda de MAINE, geboren ca. 1014,
overleden 1048, dr. van Comte Heribert I de MAINE
(zie 74006898) en Paula van PREUILLY?
(zie 74006899).
Waaruit
geboren:
3. |
Etienne II Henri
(Stephan) (le Sage) [26]
(zie 18501724). |
37003450 King Willem I de
NORMANDIE[27]
(de Veroveraar), geboren op zaterdag 14 oktober 1027 te Falaise[1],
overleden op donderdag 9 september 1087 te Rouen op 59-jarige leeftijd,
begraven te Caen
Willem I (Falaise, ca. 1028[28] – 9 september 1087), ook bekend als Willem de Veroveraar (Guillaume
le Conquérant), was de eerste Normandische koning van Engeland van Kerstmis 1066 tot zijn dood. Hij was ook Hertog van Normandië van 1035 tot zijn dood, onder de naam Willem II.
Vóór zijn verovering van Engeland, stond hij bekend als Willem de
Bastaard omdat hij een buitenechtelijk kind was. Om zijn aanspraken op de Engelse kroon kracht bij
te zetten viel Willem in 1066 Engeland binnen. Hij leidde een leger van Normandiërs, Bretons, Vlamingen en Fransen (van Parijs en Île-de-France) naar de overwinning op de troepen van de Engelse
koning Harold II in de Slag bij Hastings. De daaropvolgende Engelse opstanden werden door hem
onderdrukt in wat bekend is geworden als de Normandische verovering van Engeland.
Jeugd
Willem was de buitenechtelijke zoon van Robert de Duivel en Herleva, dochter van een leerlooier genaamd Fulbert. Hij werd geboren in het
Normandische Falaise, zo'n 30 km ten zuiden van Caen. Zijn vader werd ervan verdacht aan de macht te zijn gekomen
na zijn oudere broer te hebben vergiftigd. Vermoedelijk om die reden ging
Robert in 1034 op een pelgrimstocht naar Jeruzalem. Voor zijn vertrek liet hij de Normandische edelen hun trouw
zweren aan Willem. Hoewel Willem buitenechtelijk was, was dit niet vreemd omdat
in Normandië nog altijd het oude gewoonterecht van de Vikingen gold (de "more Danico") waardoor een man
meeWikirdere vrouwen kon hebben, en hun kinderen wettige erfgenamen waren.
Willems politieke tegenstanders zouden dit gegeven wel zijn leven lang tegen
hem blijven gebruiken. Robert overleed tijdens zijn pelgrimstocht in 1035, en
Willem volgde hem op als hertog van Normandië. Willem was toen nog geen tien jaar oud
en de werkelijke macht lag bij zijn hovelingen, in het bijzonder bij zijn
voogden. Er werd door de Normandische adel fel om deze posities gevochten en
meerdere voogden sneuvelden of werden vermoord. Ook werden meerdere aanslagen
op Willem zelf gepleegd.
In 1044/1045 steunde Normandië koning Hendrik I van Frankrijk tegen Godfried II van Anjou. Willem zal rond deze tijd meerderjarig zijn geworden (16
jaar oud). Hij werd in 1046 nog geconfronteerd met een gevaarlijke opstand van
een deel van de Normandische adel die zijn neef Guy (zoon van zijn tante Adelheid van Normandië (1005-1038)) tot hertog wilden uitroepen. Willem vluchtte naar het hof van
Hendrik. In 1047 keerde hij samen met Hendrik terug en versloeg zijn
tegenstanders in de twee dagen durende Slag van Val-es-Dunes, aan de rivier de Orne bij Caen. Veel van zijn vluchtende tegenstanders werden gedood; het
rad van een watermolen in de Orne zou door lijken zijn verstopt geraakt. Willem
had nog drie jaar nodig om Guy en zijn aanhangers te onderwerpen. Hij gebruikte
de Godsvredebeweging daarbij als een belangrijk hulpmiddel. Hij veroverde
het opstandige Alençon en liet de handen van de burgers afhakken als straf
omdat ze tijdens het beleg dierenhuiden aan de muren hadden gehangen, als
verwijzing naar de nederige afkomst van zijn moeder die dochter van een
leerlooier was. Nadat hij ook enkele veldtochten tegen Maine had gevoerd, was zijn positie als hertog verzekerd.
Willem koos Caen als zijn hoofdstad en begon zijn regering als hertog.
Hertog, claim op de
Engelse troon en huwelijk
Portret van Willem de Veroveraar in
de National Gallery (17e eeuw)
Als jonge hertog werkte Willem gestaag aan het versterken van
zijn macht en onafhankelijkheid. In 1051 of 1052 bezocht hij in Londen zijn
achterneef Eduard de Belijder, koning van Engeland, die als jonge man voor zijn eigen
veiligheid een tijd aan het Normandische hof had geleefd. Eduard was toen in
conflict met zijn machtigste earl, Godwin van Wessex. Willem beweerde later dat Eduard, die kinderloos was, hem
bij deze gelegenheid de Engelse troon had beloofd.
In 1053 bevestigde Willem de goede banden met Vlaanderen door discreet te trouwen in het kasteel van Eu te Eu (Seine-Maritime) met zijn achternicht Mathilde van Vlaanderen, verwant in de vijfde graad. Dit huwelijk was zowel
voor paus Leo IX (wegens bloedverwantschap) als voor koning Hendrik
(wegens het machtige verbond tussen Normandië en Vlaanderen) niet te
aanvaarden. Hendrik probeerde in 1054 en in 1056 Willem met een leger te
onderwerpen, maar werd beide keren door Willem verslagen. Toen paus Nicolaas II in 1059 alsnog instemde met het huwelijk en Willem in
1062 ook nog Maine wist te veroveren, was zijn succes compleet. Het was Lanfranc van Bec die namens Willem met de paus onderhandelde. Deze
religieuze zou later voor hem de Abbaye aux Hommes in Caen bouwen waar hij ook zou worden begraven.
Abbye aux Hommes (Caen)
In 1064 leed Harold, zoon van Godwin van Wessex, schipbreuk op de kust van Ponthieu. Harold werd door de lokale heer gevangengenomen maar Willem
zorgde voor zijn vrijlating en ontving Harold als zijn gast. Harold zou hebben
deelgenomen aan een veldtocht van Willem en verloofde zich met Willems dochter
Adelheid. Willem liet Harold zweren dat hij Willems aanspraken op de Engelse
troon zou ondersteunen. Harold verklaarde later dat die eed onder dwang was
afgelegd, en daarom niet geldig was. Na het overlijden van de kinderloze Eduard
de Belijder (4 januari 1066), werd Harold door de witenagemot evenwel zelf tot koning uitgeroepen.
Verovering van
Engeland
De komeet van Halley in 1066
Engeland was een goed georganiseerd koninkrijk met goed
werkende belastingheffingen. Vooral dat laatste maakte het voor Willem
aantrekkelijk om zijn aanspraken op de troon door te zetten. De verschijning
van een komeet, vermoedelijk de komeet van Halley in april 1066, zag hij als een goed voorteken. Hij kreeg hulp van edelen
uit Bretagne, Vlaanderen en het hele westen van Frankrijk en verzamelde
een vloot van bijna 700 schepen. Harold stationeerde een leger en een vloot in
het zuiden van Engeland om deze dreiging het hoofd te kunnen bieden maar op 8
september moest hij, gedwongen door de wet, zijn leger ontbinden en zijn vloot
op Londen terugtrekken. Harolds leger bestond vooral uit dienstplichtige
boeren, die bij het aanbreken van de oogsttijd het recht hadden om het leger te
verlaten. Willem was juist door slecht weer vertraagd: zijn expeditie was
vertrokken uit de Divesmonding maar had enkele weken moeten schuilen in de Sommemonding. Daardoor landde hij pas op 28 september 1066 bij Pevensey op de Engelse kust, zonder tegenstand te ontmoeten.
Willem bleef aan de kust en bouwde bij Hastings een kasteel dat hij in kant-en-klare onderdelen uit
Normandië had meegenomen, als verdediging tegen een mogelijke aanval over zee.
Harold was toen met zijn kleine beroepsleger ver weg in York, waar hij Harald III van Noorwegen en zijn eigen broer Tostig Godwinson had verslagen in de slag bij Stamford Bridge. Na het nieuws van Willems landing trok hij in haast naar
het zuiden, waarbij hij onderweg zo veel mogelijk troepen verzamelde. Op 14
oktober vond de slag bij Hastings plaats, waarbij na een dag van zware gevechten Harold
werd gedood en Willem de overwinning behaalde.
De slag bij Hastings was nog lang niet de definitieve
beslissing. De Engelsen kozen Edgar Ætheling als koning. Willem trok via Dover en Canterbury naar Londen. Hij probeerde via London Bridge de stad te veroveren maar deze aanval werd afgeslagen.
Willem liet versterkingen uit Normandië komen en stak de Theems over. Een nieuwe aanval op Londen lukte wel. Op 25 december werd Willem in de Westminster Abbey tot koning gekroond. Zijn verovering is het onderwerp
van het beroemde Tapijt van Bayeux.
Willem werd voortdurend met Engelse opstanden geconfronteerd,
wat in 1068 uitliep op een grote opstand in Mercia en Northumbria onder leiding van Edgar. Edgar werd verslagen en
vluchtte naar Schotland, waar zijn zuster trouwde met koning Malcolm III. Northumberland kwam weer in opstand en York werd veroverd.
De opstand werd gesteund door een inval uit Schotland en Denemarken (ook de
Deense koning maakte aanspraken op de Engelse kroon). De opstandelingen kwamen
tot Lincoln maar werden daar gestuit en uiteindelijk in Yorkshire
verslagen. Willem begon toen een campagne van verschroeide aarde in het noorden
van Engeland (de zogenaamde Harrying of the North) wat tot grote hongersnood en ontvolking leidde. De gevolgen
daarvan waren 100 jaar later nog merkbaar en zelfs de paus zou Willem hebben
vermaand over de behandeling van zijn onderdanen. De adel in het noorden werd
op grote schaal vervangen door Willems volgelingen en de Denen werden afgekocht
en gingen naar huis. In 1072 viel Willem Schotland binnen en sloot uiteindelijk
een verdrag met Malcolm. Edgar gaf zich over in 1074. De laatste echte opstand
in Engeland was vooral een opstand van Normandische edelen, hoewel de laatste
Saksische earl Waltheof II van Northumbria ook aan de opstand deel nam en er weer steun was vanuit
Denemarken. Willem was ten tijde van deze opstand in Normandië maar de opstand
werd neergeslagen door zijn halfbroer Odo van Bayeux.
Willem introduceerde het feodale stelsel in Engeland, en
benoemde veel Franse edelen in Engelse posities. Daarbij gaf hij ze bezittingen
die over grote gebieden waren versnipperd zodat ze geen echte machtsbasis
konden opbouwen. Hij bouwde ongeveer 80 kastelen, waaronder de Tower of London. In 1085 liet Willem het Domesday Book opstellen met een gedetailleerde inventarisatie van
bezittingen in land en vee, voor een doelmatige belastingheffing en om de
nieuwe bezitsverhoudingen permanent vast te leggen. Tegen deze tijd had de
oorspronkelijke Angelsaksische adel en geestelijkheid nog maar 8% van het land
in bezit. De Normandiërs drukten ook qua recht, cultuur en architectuur
gedurende de volgende eeuwen een sterk stempel op Engeland.
Opmerkelijk aan de verovering van Engeland is dat deze trekken heeft van een commerciële onderneming. In de Normandische administratie werd vastgelegd wat ieders bijdrage in schepen aan Willems invasievloot was geweest. Er bestaat een zichtbaar verband tussen de grootte van deze investeringen en de grootte en het belang van de Engelse functies en bezittingen die deze investeerders na 1066 kregen toebedeeld.
Laatste jaren
Willem tussen zijn halfbroers Odo en
Robert
In 1076 dreigde een oorlog tegen Bretagne maar onder druk van
koning Filips I van Frankrijk werd een vrede bereikt die werd bezegeld door de
verloving van Willems dochter Constance met Alan IV van Bretagne, de erfgenaam van de hertog van Bretagne.
Willems zoons kregen grote ruzie met elkaar in 1079. Robert, de oudste, werd door zijn broers in een modderpoel gegooid.
De ruzie die hieruit voortvloeide leidde tot een complete oorlog waarin Willem
aan de kant van zijn jongere zoons kwam te staan. Robert had een sterke positie
in Normandië en Willem kon hem alleen maar bedwingen met hulp van koning
Filips. Willem werd zelfs tijdens een veldslag door Robert uit zijn zadel
geworpen en verwond, omdat Robert hem niet herkende. Willem moest zich
terugtrekken in Rouen om te herstellen. Zijn vrouw Mathilde wist in 1080 een
vrede te bemiddelen in de familie.
Willem liet in 1080 zijn halfbroers nog aanvallen uitvoeren
op Schotland en Northumbria maar in 1082 zette hij zijn halfbroer Odo van Bayeux gevangen, en liet hem later weer vrij.
Dood en begrafenis
Zijn grafsteen te Caen
Van Willem is één bot bewaard gebleven. Op basis daarvan
wordt geschat dat Willem ongeveer 1,75 m groot en sterk gespierd was. Daarmee
was hij vrij lang voor zijn tijd maar zijn gespierde bouw was niet zo
bijzonder: middeleeuwse ridders moesten heel sterk zijn om met succes in hun
zware wapenrusting met hun zware wapens te kunnen vechten. Bekend is dat Willem
vanaf zijn paard de boog kon hanteren en dat hij zijn hele leven een goede
gezondheid had. Wel werd hij op latere leeftijd erg dik, zodat hij volgens de
Franse koning wel op een zwangere vrouw leek.
In de zomer van 1087 viel Willem van zijn paard tijdens het
beleg van Mantes en liep door de klap tegen zijn zadelknop inwendige
verwondingen in zijn buik op. Na vijf weken van grote pijn bezweek hij. Op zijn
doodsbed heeft hij zijn meeste tegenstanders begenadigd. Willems lichaam werd
naar Caen vervoerd voor de begrafenis in de Abbaye aux Hommes. Maar hij was behoorlijk dik en zijn lichaam was door de
warmte bovendien opgezet. Bisschoppen probeerden zijn lichaam in de voor hem
bestemde sarcofaag te proppen maar daarbij barstte zijn buik open en werd
de kerk met een ondraaglijke stank vervuld. Bij Willems begrafenis bleek dat
het land van het graf nog niet was betaald en de eigenaar eiste betaling van
60 schellingen voordat de begrafenis door kon gaan. Het bedrag werd
ter plekke door zijn zonen voldaan.
zn.
van Robert I
(Duc) de NORMANDIE (le Diable)
(zie 74006900) en Harleve / Arlette
(Salburphyr) de FALAISE
(zie 74006901).
Getrouwd ca. 1053 te Eu met
37003451 Mathilde van
VLAANDEREN, geboren ca. 1032, overleden op vrijdag 3 november 1083 te Caen,
dr. van Graaf Boudewijn V van
VLAANDEREN (Insulanus)
(zie 74006884) en Adelaïde (Aelis) CAPET
(zie 74006885).
Waaruit geboren:
1. |
Robert II of ENGLAND,
geboren ca. 1054, overleden op woensdag 7 februari 1134, in de gevangenis overleden. Hertog van Normandie, bijgenaamd Courthouse. |
2. |
King Willem II of
ENGLAND, geboren ca. 1060, overleden op donderdag 2 augustus 1100. Koning van Engeland. |
3. |
Constance
of ENGLAND,
geboren ca. 1061, overleden op zondag 13 augustus 1094. |
4. |
Countes Adèle of ENGLAND
(zie 18501725). |
5. |
King
Hendrik I (Beauclerk) van ENGELAND, geboren ca. 1070 te Selby,
overleden op zondag 1 december 1135 te Forment, begraven te Reading. Koning van Engeland, hertog van Normandie. Getrouwd
(2) op zondag 11 november 1100 te Westminster Abbey met Mathilde van
SCHOTLAND, geboren ca. 1079 te Dunfermline, overleden op woensdag 1 mei
1118 te Westminster Palace, begraven te Westminster Abbey, dr. van King
Malcolm III (Canmore) of SCOTLAND
(zie 37003454) en Margareth
of WESSEX
(the Saint)
(zie 37003455). Getrouwd
(3) op zaterdag 29 januari 1121 met Adelheid van LEUVEN, geboren ca.
1106, overleden op dinsdag 23 april 1157, dr. van Gotfried I van LEUVEN
(met de baard)
(zie 18501712) en Ida de CHINY
(zie 18501713). {Zij is later getrouwd ca. 1139 met Willem d AUBIGNY AURENDEL, geboren ca. 1105, overleden
op vrijdag 11 oktober 1157. Graaf van Sussex.} Buitenechtelijke
relatie (4) ca. 1130 met Elisabeth de BEAUMONT le ROGER, geboren ca.
1106, overleden ca. 1160, dr. van Robert I de BEAUMONT le
ROGER
en Elisabeth Isabella de
VERMANDOIS
(zie 18501743). |
37003452 Eustatius II
(Gernobadatus) de BOULOGNE[29],
geboren ca. 1047, overleden ca. 1087. Graaf van Boulogne
Eustaas II van Boulogne (Frans: Eustache; ca. 1020 - ca. 1088) was de oudste
zoon van Eustaas I van Boulogne en Mathilde van Leuven.
Eustaas trouwde in 1036 met Godifu, dochter van koning Ethelred II en weduwe
van Drogo van Vexin. Uit dit huwelijk
zijn geen kinderen bekend. Na het overlijden van Godifu, hertrouwde Eustaas
met Ida van Verdun. In 1048 steunde
hij de opstand van zijn schoonvader Godfried II van Lotharingen tegen keizer Hendrik III. In 1049
verzoenden de opstandelingen zich met de keizer en Eustaas erfde in datzelfde
jaar het graafschap Boulognevan zijn vader. In
1051 bezocht hij Engeland en raakte zijn gevolg in Dover in gevechten
verwikkeld. In 1054 erfde Eustaas ook het graafschap Lens (Frankrijk) van zijn
broer Lambert.
Eustaas nam deel aan de invasie van Engeland en de slag bij Haistings in 1066. Hij
was blijkbaar een grote investeerder in de expeditie want hij werd door Willem de Veroveraar beloond met
grote bezittingen in Engeland, vooral in Essex. In 1067 probeerde
hij het kasteel van Dover in handen te
krijgen en werd door Willem bestraft met het verlies van zijn Engelse bezittingen.
Na een verzoening met Willem kreeg hij het grootste deel echter weer terug.
Volgens het Domesday Book had hij een
persoonlijk inkomen uit zijn bezittingen van 610 ponden per jaar. Daarmee was
Eustaas de op-een-na rijkste van de Engelse baronnen. In Boulogne was hij de
eerste graaf die munten liet slaan. Deze macht en rijkdom zou het graafschap
Boulogne nog generaties lang een factor van betekenis maken in Engeland en
Frankrijk.
zn.
van Comte Eustatius I de
BOULOGNE
(zie 74006904) en Mathilde van LEUVEN
(zie 74006905).
Getrouwd (1) ca. 1036 met Goda Edith of WESSEX,
geboren ca. 1005, overleden ca. 1050, dr. van Aethelread king of WESSEX
(the Unready)
(zie 296027640) en Emma de NORMANDIE.
{Zij was eerder getrouwd ca. 1020. Zij was eerder getrouwd ca. 1020 met Comte Dreux Drogo de VALOIS, geboren ca.
1006, overleden ca. 1035. Comte d'Amiens, de Mantes, de Potoise et de Vexin,
zn. van Comte Gautier Walter
(le Blanc) de VALOIS
(zie 592055800) en Adele de VALOIS?
(zie 592055801).}
37003453
Ida von NIEDER-LOTHARINGEN[30]
(de Verdun), geboren 1032, overleden op zondag 13 april 1113.
Ida van Verdun (ook Ida van Lotharingen, Ida van de Ardennen of Ida van
Boulogne) was een dochter van Godfried II van Neder-Lotharingen en Doda.
Volgens haar vita was Ida een beeldschone vrouw, groot van gestalte en met lang
blond haar. Ze was een vrome vrouw die een voorbeeldig christelijk leven
leidde. Na het overlijden van haar echtgenoot Eustaas, wijdde ze haar leven aan
de Kerk. Ze deed tal van schenkingen aan religieuze huizen en stichtte en
herstelde diverse kloosters. Ze was gekend wegens haar schenkingen aan de
armen. Ze nam zelf het habijt niet aan (zoals sommigen beweren), maar van abt
Hugo van Cluny verkreeg ze een spirituele verbondenheid met de Abdij van Cluny.
Ida correspondeerde met de heilige Anselmus van Canterbury en onder zijn
supervisie promootte ze de hervorming van Cluny. Ida onderhield ook contacten
met de Spaanse bisschop Osmond van Astorga.
Ida speelde een belangrijke rol in het bestuur van de gebieden die in het
bezit waren van de dynastie Boulogne. Zij was waarschijnlijk de drijvende
kracht achter de verzoening tussen haar echtgenoot en Willem de Veroveraar.
Zelf hield ze in Engeland vijf gebieden direct in leen van de koning. En vanuit
haar bezittingen rond Tongeren en haar weduwgoed Genepiën steunde ze rond 1080
de inspanningen van haar zoon Godfried van Bouillon om aan de macht te komen in
Lotharingen.
Ida trouwde in 1049 met Eustaas II van Boulogne als diens tweede vrouw. Ida
bracht hierbij het slot van Bouillon als bruidsschat in. Zij stond erop haar
kinderen zelf te voeden omdat ze van mening was dat de kinderen met melk van
een min ook de mindere kwaliteiten van het gewone volk zouden krijgen. Ze gaf
haar zoons grote bedragen om hun deelname aan de Eerste Kruistocht te
financieren. Ook stichtte en steunde ze kloosters in Boulogne, le Wast, Calais
en Sint-Omaars. Uiteindelijk gaf ze al haar bezittingen weg en trad ze toe tot
de orde van de benedictines-oblaten in een abdij in Arras. Ida is begraven in
de abdij van Sint-Vaast, in 1669 overgebracht naar Parijs, en in 1808
overgebracht naar Bayeux.
Ida bouwde een
indrukwekkend kerkelijk netwerk uit. Al deze contacten en inspanningen ten
aanzien van de Kerk waren bedoeld om het prestige van de dynastie te verhogen
en de machtsbasis van de graaf van Boulogne te verstevigen. In 1070 bevestigden
Eustaas en Ida het kapittel van Lens in hun bezittingen en deden ze additionele
schenkingen. Deze waren niet alleen bedoeld voor hun zielenheil, maar ook om
hun welwillende autoriteit te tonen. Samen met haar zoon Eustaas III van
Boulogne restaureerde ze de abdij van Saint-Wulmer-au-Bois (in Samer). In 1090
besliste Ida ook een abdij te stichten in Les Attaques, in de buurt van Calais:
de abdij van La Capelle of Capelette. Ze stichtte ook de Benedictijner priorij
van Le Wast rond 1095, waar ze begraven werd. Ida bouwde de eerste stenen kerk
in Boulogne-sur-Mer (nu de Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw) in de periode
1080-1100. Het gebouw werd diverse keren verwoest en heropgebouwd, maar werd
uiteindelijk helemaal met de grond gelijk gemaakt in 1789. De crypte die uit de
tijd van Ida dateert, werd herontdekt in 1827 toen de funderingen voor de
nieuwe kerk gegraven werden. In 1899 kreeg Ida een altaar in de basiliek. Ida
bouwde ook de kerk van Saint-Wulmer in Boulogne-sur-Mer rond 1093, recht
tegenover het kasteel van de graven van Boulogne. Ze deed ook verschillende
schenkingen aan de Abdij van Munsterbilzen.
Ida neemt afscheid
van haar zonen die op kruisvaart gaan, gravure uit 1295
Heiligverklaring
Het was Mathilde van Boulogne, de dr. van Eustaas III van Boulogne en
echtgenote van koning Stefanus van Engeland, die de kerkelijke autoriteiten
aanspoorde om haar grootmoeder Ida van Boulogne heilig te verklaren. Mathilde's
andere grootmoeder, Margaretha van Schotland, was op dat moment reeds heilig
verklaard. De heiligverklaring van Ida was onderdeel van de campagne om
Stefanus koning van Engeland te maken. De monniken van de priorij van Le Wast,
de bewakers van Ida's graf, werden gevraagd om haar biografie op schrift te
stellen.
Relieken[bewerken]
Ida overleed op 13 april 1113 in de door haar gestichte abdij van La
Capelle. Volgens haar laatste wens werd haar lichaam overgebracht naar Le Wast
om er begraven te worden in de abdijkerk daar. Kort na haar overlijden werd
haar graf een eerste keer geopend. Volgens haar 'Vita' was haar lichaam intact
en steeg een zoete geur uit het graf op, een teken van heiligheid. In de loop
van de 14de eeuw werden haar stoffelijke resten ondergebracht in een kleine
kapel die vlak bij de kerk van Le Wast werd gebouwd. In de 17de eeuw verkeerde
haar begraafplaats echter in een lamentabele staat. Haar graf werd op 28
september 1669 geopend en haar beenderen werden toevertrouwd aan de
Benedictinessen van het Heilige Sacrament in de rue Cassette in Parijs. Aan de
kerk van Le Wast werd een rib van de heilige geschonken. Na de Franse Revolutie
werd het reliekschrijn overgebracht naar de kerk van de Benedictinessen in
Bayeux; daar bevinden ze zich nog steeds op dit moment. In 1899 werd een
fragment van de rechterarm overgebracht naar de Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw
in Boulogne-sur-Mer. Op dat moment werd een klein stukje van de schedel
geschonken aan de bisschop van Bayeux. Dat fragment kwam in 1926 opnieuw in het
klooster van Bayeux. In 2014 schonken de zusters deze reliek aan de heer Horst
van Cuyck, die het zal onderbrengen in het altaar van de Ölbergkapelle in
Walchsee
Herinnering
Ondanks alle inspanningen werd de cultus van de heilige Ida nooit wijd
verspreid. Ze werd niet zozeer herinnerd als een heilige, maar veeleer als de
moeder van Godfried van Bouillon en Boudewijn I van Jeruzalem. In de Oudfranse
'Cycle de la Croisade' duikt Ida op als de dr. van de Zwaanridder ('Le Chevalier
au Cygne'), die trouwde met de graaf van Boulogne. Haar zoon Godfried van
Bouillon werd dé held van de Eerste Kruistocht en sprak tot de verbeelding. De
kroniekschrijver Guibert van Nogent schrijft dat Ida zelf heldenverhalen
vertelde over haar zoon en dat deze als kind reeds zei dat hij een sterk leger
naar Jeruzalem zou leiden: 'De glorieuze vrouw vertelde, toen ze het succes van
de tocht van haar zonen overschouwde, dat ze uit de mond van haar zoon, de
hertog, een voorspelling had gehoord over de expeditie. Want hij had gezegd dat
hij naar Jeruzalem zou gaan, niet als een gewone pelgrim, zoals zo vele
anderen, maar met een groot leger, als hij er één op de been zou kunnen
brengen.'
Dr.
van Herzog Godfried II von
NIEDER-LOTHARINGEN (met de Baard)
(zie 74006906) en Uda von MÜNSTERBILZEN
(zie 74006907).
Waaruit geboren:
Waaruit
geboren:
1. |
Ida
(zie 1069810481). |
2. |
Eustatius III
(zie 18501726). |
3. |
Godfried
(van Bouillon), geboren ca. 1060, overleden op maandag 2 april 1100 te
Palestina, Graaf van
Boulogne, hertog van Neder Lotharingen, bijgenaamd van Bouillon
Godfried legt eed af bij Alexis
Komnenos
Heerser van
Jeruzalem Een overzicht van het jaar dat Godfried over Jeruzalem heerste en
tevens zijn laatste levensjaar. |
4. |
Boudewijn I van JERUZALEM,
geboren ca. 1065, overleden ca. 1118. Koning van Jerusalem. |
37003454 King Malcolm III
(Canmore) of SCOTLAND, geboren ca. 1031, overleden op zondag 13 november
1093
Malcolm III, Schots-Gaelisch: Maol Chaluim mac Dhonnchaidh (?,
ca. 1031 - Alnwick, 13 november 1093), bijgenaamd Canmore (groot
hoofd, grote baas), was koning van Schotland van 1058 tot en
met 1093.
Nadat zijn vader koning Duncan I in 1044
verslagen was, ging Malcolm III naar zijn oom Siward van Northumbria. In 1057 doodde
hij koning Macbeth bij Lumphanan (Aberdeenshire) en diens
stiefzoon koning Lulach the Fool (de gek) bij Huntly een aantal
maanden later op 23 april 1058. Dit leverde hem een reputatie op van een sterke
krijger-koning.
Hij had drie kinderen uit zijn eerste huwelijk met Ingebjorg Finnsdotter, nicht van Olaf II van Noorwegen, waarvan de oudste
zoon Duncan de troonopvolger was. Ingebjorg was eerder gehuwd met Thorfinn Sigurdsson, earl van Orkney.
Door de invasie van de Normandiërs in 1066 vluchtten
veel Engelsen naar Lothian, waaronder Edgar Ætheling, de Angelsaksische
opvolger van de Engelse troon. Malcolm III trouwde diens zus Margaretha in 1069.
Onder invloed van zijn vrouw en de andere Angelsaksische vluchtelingen, voerde
Malcolm III vele wijzigingen door in Schotland die de Keltische tradities
ondermijnden. Zo romaniseerde hij de Keltische kerk, maakte Gaelisch tot de taal
van het hof en verving het clansysteem door een vorm van feodalisme. Malcolm stichtte
eveneens een abdij op de locatie waar in 1128 David I Dunfermline Abbey stichtte.
In 1072 viel Willem de Veroveraar Schotland
binnen. Bij Abernathy moest Malcolm
III zijn hoofd buigen voor Willem de Veroveraar en moest zijn zoon Duncan als
gijzelaar naar het Engelse hof sturen. Malcolm ontving in ruil goederen in
Engeland. Dit weerhield hem er niet van nog meerdere malen Engelse
opstandelingen te steunen en Engelse bezittingen te plunderen. In 1080 kwam de
bisschop van Durham hierbij om het leven. Steeds moest Malcolm weer het
oppergezag van de Normandiërs erkennen. Na mislukte besprekingen over de status
van zijn Engelse bezittingen ondernam hij zijn vijfde inval in Engeland. Op 13
november 1093 werd Malcolm
III bij Alnwick Castle in een
hinderlaag gelokt door Robert de Mowbray, graaf van
Northumbria, waarbij hij de dood vond. Zijn vrouw stierf drie dagen later
in Edinburgh Castle.
Malcolm werd begraven in Tynemouth Priory. In 1250 werd hij
na de canonisatie van zijn
vrouw Margaretha met haar
herbegraven in Dunfermline Abbey. In 1597 werden ze
samen herbegraven in het Escorial.
zn.
van Duncan
(The Gracious) van SCHOTLAND
(zie 74006908) en Sibylla (Base) of
NORTHUMBERLAND
(zie 74006909).
Getrouwd (1) ca. 1059 met Ingeborg van
ARNESON, geboren ca. 1035, overleden ca. 1067.
Waaruit geboren:
1. |
King Duncan II van
SCHOTLAND,
geboren ca. 1060, overleden op zondag 12 november 1094. |
Getrouwd
(2) ca. 1070 met
37003455 Margareth of WESSEX (the
Saint), geboren ca. 1045 te Reska (Hongarije), overleden op woensdag 16
november 1093 te Edinburg, begraven te Dunfermline abdij van
dr.
van King Edward Aetheling (Outlaw)
of WESSEX (zie 74006910) en Agatha
(zie 74006911).
Waaruit geboren:
2. |
Maria van SCHOTLAND (zie
18501727). |
3. |
Alexander I van SCHOTLAND, geboren ca. 1077,
overleden op maandag 28 april 1124. Koning van Schotland. |
4. |
Mathilde
van SCHOTLAND,
geboren ca. 1079 te Dunfermline, overleden op woensdag 1 mei 1118 te
Westminster Palace, begraven te Westminster Abbey. |
5. |
David I van SCHOTLAND (the
Saint) (zie 18501740). |
Blad 14 van 31 bladen |
gemaakt met PRO-GEN
'Genealogie à la Carte' software
[2] Europäische Stammtafeln Neue Folge Band VII Tafel 42
[3] Europäische Stammtafeln Neue Folge Band VII Tafel 42
[4] Europäische Stammtafeln Neue Folge Band I.1 Tafel 86A
[5] Wikipedia
[6] Europäische Stammtafeln Neue Folge Band XVIII Tafel 1
[7] Europäische Stammtafeln Neue Folge Band I.2 Tafel 223
[8] Wikipedia
[9] Europäische Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von
Frankreich (986-1223) a.d. H. Capet
[10] Marion van Bussel,
Bertha van Holland, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland
[11] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H. Capet
[12] Wikipedia
[13] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[14] Europäische Stammtafeln
Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[15] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[16] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[17] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[18] Marion van Bussel,
Bertha van Holland, in: Digitaal Vrouwenlexicon van Nederland
[19] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[20] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[21] Wikipedia
[22] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[23] Europäische Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von
Frankreich (986-1223) a.d. H. Capet
[24] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[25] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[26] Europäische
Stammtafeln Neue Folge 11 Die Könige von Frankreich (986-1223) a.d. H.Capet
[27] Wikipedia
[29] Wikipedia
[30] Wikipedia